Eén coureur haalt 137 van de 144 punten binnen. De ander worstelt met top-10-finishes. Het verschil tussen Max Verstappen en zijn teamgenoten is niet alleen zichtbaar op papier — het dreigt Red Bull Racing in de kern te verzwakken.
Want volgens Karun Chandhok ligt er een oud F1-spook op de loer: het Benetton-scenario. Wat als Verstappen vertrekt? Wat blijft er dan over van het team dat sinds 2021 de Formule 1 domineerde? Chandhok stelt die vraag hardop.
En de implicatie is duidelijk: Red Bull heeft zijn auto zó gebouwd rond Verstappen, dat het zonder hem alle grip op succes kan verliezen. Net zoals Benetton na het vertrek van Michael Schumacher in 1995.
Red Bull’s RB21 is in 2025 niet het dominante wapen dat het ooit was. McLaren heeft die rol overgenomen. Toch weet Verstappen — met alle onvoorspelbaarheid en moeilijkheden van de auto — al twee overwinningen te boeken. En vooral: hij blijft structureel punten binnenhalen. Véél punten.
“Max heeft 137 van de 144 punten van Red Bull gescoord, stelt Chandhok. Dat zegt eigenlijk alles.”
De rest van de line-up, eerst Liam Lawson en nu Yuki Tsunoda, valt ver weg. Lawson hield het slechts twee weekenden vol. Tsunoda begon sterk, met punten in Bahrein, Miami en Imola, maar gleed daarna weg. In Monaco en Barcelona viel hij ver buiten de top tien.
Het Benetton-effect
Wat Chandhok zorgen baart, is het patroon dat hij ziet. Red Bull heeft sinds het vertrek van Daniel Ricciardo in 2018 geen stabiele, competitieve tweede coureur meer gehad. Gasly, Albon, Perez, Lawson, nu Tsunoda — niemand blijft overeind naast Verstappen.
“Dit is het zevende jaar op rij dat Red Bull geen fatsoenlijke tweede coureur weet te behouden, aldus Chandhok. Dat is geen toeval.”
Hij vergelijkt het met de teloorgang van Benetton. Toen Schumacher in 1995 vertrok, won het team nog één race in zeven jaar tijd. En dat terwijl ze net twee titels hadden gepakt. Het probleem? De auto en het team waren zó afgestemd op één coureur, dat er na diens vertrek niets meer werkte voor anderen.
“Als Max vertrekt, moet Red Bull alles herdenken — hoe ze auto’s bouwen, hoe ze afstellen, alles,” zegt Chandhok.
Ook Nico Rosberg, wereldkampioen in 2016, heeft weinig hoop voor coureurs naast Verstappen. Hij noemt Max ronduit een “teamgenoot-killer”.
“Niemand komt dichterbij dan zes tienden, zei Rosberg bij Sky. In de Formule 1 is dat alsof je in een andere klasse rijdt.”
Hij noemt Tsunoda een sterke coureur, maar eentje die gewoon geen kans maakt naast Verstappen. Zelfs als de Japanner zelf het idee heeft een goede ronde te rijden, blijkt hij ver verwijderd van de Nederlander.
“Dat is een verschrikkelijke positie om in te zitten, vervolgt Rosberg. Je denkt dat je goed presteert, maar je bent nergens.”
Volgens Rosberg is er maar één logische verklaring: Verstappen zit simpelweg op een ander niveau dan de rest.
Red Bull’s afhankelijkheidsprobleem
Het onderliggende probleem is structureel. De RB21 lijkt gebouwd op Verstappens rijstijl. Dat werkt zolang hij blijft. Maar voor elke andere coureur voelt de auto haast als een vreemde machine. Tsunoda’s prestaties — zeker gezien zijn vier jaar ervaring bij de zusterteams — versterken dat beeld alleen maar.
En dus wordt het risico groter. Want mocht Verstappen op termijn tóch vertrekken — of het nu is richting een ander team of een pauze overweegt — dan blijft Red Bull achter met een auto die niemand begrijpt, en zonder coureurs die het verschil kunnen maken.
Chandhok noemt het een waarschuwing die Red Bull nu serieus moet nemen:
“Yuki is geen pannekoek. Maar dit speelt al jaren. Misschien zegt dat genoeg.”
Red Bull lijkt naar buiten toe rustig. De relatie met Verstappen oogt stabiel. Maar onder de oppervlakte speelt een fundamenteel vraagstuk: hoe maak je een team toekomstbestendig, als het afhankelijk is van één superster?
De geschiedenis leert dat zelfs de grootste renstallen kunnen instorten zodra die ene schakel wegvalt. Ferrari na Schumacher, McLaren na Alonso, Benetton na… juist: Schumacher.
De vraag die boven het paddock hangt: hoe groot is Red Bull nog zónder Max Verstappen? Het antwoord durft voorlopig niemand echt te geven. Maar het zou wel eens veel kleiner kunnen zijn dan we denken.